Hoewel ik al vroeg met strips bezig was, was ik heel lang geen fan van Kuifje. Asterix, Blueberry, Bommel, Donald Duck, Guust, Lucky Luke, Ravian, Robbedoes, en nog heel veel andere bekende namen uit het stripuniversum — ik kon en kan er eindeloos van genieten. Twee (eigenlijk drie) grote namen ontbreken in het rijtje: Kuifje, en Suske & Wiske.
O, ik las ze natuurlijk wel. Mijn broertje had Kuifje compleet, en zelf had ik een stapeltje Suske & Wiskes. Maar erg warm werd ik er niet van. Suske & Wiske vond ik te flauw, en Kuifje… Tja, wat vond ik van Kuifje?
Ik vond eigenlijk dat je niet zo veel kunt vinden van Kuifje.
Kuifje is de ultieme dragende held. Hij is voldoende dapper en ondernemend om het avontuur aan te gaan, en zo kleurloos dat niemand aanstoot aan hem kan nemen. Daarom heeft-ie figuren om zich heen, smaakmakers, die de avonturen kruiding geven.
Bij Robbedoes is het Kwabbernoot die voor de reuring zorgt, bij Asterix is het Obelix en zijn hondje Idefix en de dorpsgenoten. Bij Tom Poes was de smaakmaker heer Bommel, maar die voegde zoveel smaak toe dat-ie al snel promoveerde tot hoofdgerecht. Guust Flater heeft nooit smaakmakers nodig gehad (afgezien van de talloze onsmakelijk recepten en de grote hoeveelheden gevaarlijke chemicaliën). Ook Donald Duck is zijn eigen smaakmaker, maar omringd door een rijk palet aan garnituur uit de keuken van Carl Barks.
Kuifje heeft er lang over gedaan om zich een smaakmaker te verwerven. Weliswaar voorziet hond Bobbie de gebeurtenissen van ironisch commentaar, maar pas met de komst van kapitein Haddock in het negende Kuifje-avontuur De krab met de gulden scharen heeft Kuifje een volwaardige side-kick.
Kuifje bestaat dan al elf jaar. Dat is een avontuurlijk bestaan, maar geleid door een behoorlijk saai mannetje. Kuifje is reporter, maar van zijn journalistieke werk zien we vrij weinig. Komt hij ooit in een redactielokaal? Heeft-ie eigenlijk wel eens een typemachine onder de vingers? Hoeveel interviews heeft hij in zijn carrière afgenomen? Dat hij dapper is valt niet te ontkennen, maar zeker in de eerste verhalen loopt Kuifje nogal ongedisciplineerd en zonder enig vooropgezet plan van de ene hinderlaag in het andere ongeluk.
Er zit geen lijn in zijn leven en in zijn avonturen. Pas als de regelmatig van dronkenschap zwabberende zeebonk Haddock op zijn pad is gekomen, lijkt Kuifje zelf meer richting te vinden — al was het maar om de kapitein bij voortduring uit de problemen te helpen.
De latere albums van Kuifje vond ik wel beter. Iets. Kuifje in Tibet vond ik bij vlagen zelfs van een wonderbare schoonheid, maar dat komt ook doordat ik houd van sneeuw in film en strip. Maar in het algemeen?
Totdat ik een keer, lang geleden, een artikel las in de NRC waarin werd betoogd dat het beste Kuifje-verhaal De juwelen van Bianca Castafiore is. [Ik kon dit artikel bij het schrijven van deze blog niet vinden, maar zie het naschrift.]
Huh? Dat verhaal gaat helemáál nergens over. Kuifje en de kapitein komen geen kilometer van het kasteel Molensloot vandaan. Veel actie is er sowieso niet, of het zijn de valpartijen over een kapotte traptrede. De enkele achtervolging in het verhaal speelt zich af in een enkel plaatje. De diefstal van de juwelen uit de titel, die de gemoederen gedurende een goed deel van het verhaal bezighoudt, blijkt te berusten op misverstanden.
(Tekst gaat verder onder de afbeelding)

Dat was dan ook precies het betoog in de NRC: De juwelen van Bianca Castafiore is één grote aaneenschakeling van misverstanden. Of eigenlijk vooral: van miscommunicatie. Zelden zal er in een stripalbum zo consequent door zoveel personages langs elkaar heen gesproken zijn. Soms gebeurt dat door een fysieke beperking — de hardhorende professor Zonnebloem bestaat bij de gratie van miscommunicatie — maar meestal is het domweg onbegrip of desinteresse die aanleiding zijn voor het onbegrip. Misverstand uit moedwil.
Een voorbeeld. Operazangeres Bianca Castafiore wil even uit de pers blijven, maar nodigt wel twee journalisten uit, die zij voorstelt aan haar goede vriend de kapitein. De reporters, die anders dan hun beroemde vakgenoot wel zijn uitgerust met schrijfblok en camera, veronderstellen dat er meer is dan alleen vriendschap. Dus bevragen zij de professor, die de aandacht voor de zangeres Castafiore verwart met voorkennis over de door hem gekweekte en naar haar vernoemde roos die hij binnenkort wil presenteren. De professor is ontstemd dat zijn geheim is uitgelekt. Mondje dicht, bezweert hij de journalisten, met een paar weken is het zover… En dus verschijnt er twee dagen later een artikel in de Paris Flash over de verloving en het op handen zijnde huwelijk van Castafiore en Haddock. Professor Zonnebloem is verontwaardigd: alweer is er achter zijn rug om gepraat, eerst over zijn roos en nu dit weer — waarom vertelt niemand hem ooit iets?
Dat is maar één van de vele misverstanden waar het verhaal rond is opgebouwd. Maar anders dan de vroege avonturen van Kuifje zit dit verhaal heel slim in elkaar. Het lijkt inderdaad wel of er helemaal niets gebeurt, dus ‘avontuur’ kun je het verhaal niet noemen. Maar Hergé bouwt de misverstanden zo knap op dat je als lezer 62 platen lang geboeid blijft. De diverse lijnen in het verhaal kruisen elkaar voortdurend, geen van de misverstanden vindt ‘zomaar’ plaats, alles heeft een functie. Dat te zien is al een avontuur op zich.
Pas nadat ik De juwelen van Bianca Castafiore met dat nieuwe inzicht ging lezen, begon ik Kuifje meer te waarderen. Inmiddels heb ik de hele serie ook in de kast staan. In het Frans, want zo’n snob ben ik dan wel. Het is nog steeds mijn favoriete album, en ik kan er nog steeds bij de verschillende verwikkelingen smakelijk om lachen, iets dat me bij geen ander Kuifje-album overkomt.
Daarmee heeft Hergé niet alleen zijn beste Kuifje-verhaal gemaakt, maar in het algemeen een juweel in de stripliteratuur.
Naschrift 7 juli 2025
Vertaler/redacteur Frits van der Waa zette me op het juiste spoor: het artikel in de NRC heet Kuifje en het eeuwig misverstand ; De Juwelen van Bianca Castafiore — een diepzinnig stripverhaal [artikel in Delpher]. Het verscheen op donderdag 3 november 1983 als opening van het supplement Wetenschap & Onderwijs. Het is geschreven door W.A. Wagenaar, naar ik vermoed de (later) bekende psycholoog Willem Wagenaar, die een paar jaar eerder een boek publiceerde over hoe mensen beslissen ‘toegelicht aan de hand van spreekwoorden’ [wikipedia]. Hij maakt een uitgebreide analyse van de mislopende communicatie in het verhaal, onderbouwd met tabellen en grafieken. Dat alleen moet destijds al indruk hebben gemaakt op mijn harde bèta-brein. Hij stelt dat het “een van de meest diepzinnige stripverhalen betreft die ooit zijn geschreven.” En, zo constateer hij aan het einde van zijn betoog: “De Juwelen van Bianca Castafiore is een diepzinnig boek. Om geen enkele andere strip heb ik zo moeten lachen; en zelden was de boodschap zo om te huilen.” Bij het eerste kan ik me alleen maar van harte bij aansluiten. Over het laatste moet ik nog even denken…
