Donker hart

Iemand raadde me Max, Mischa & het Tet-offensief aan, van de Noorse schrijver Johan Harstad. Dat bleek een dikke pil: mijn leesplankje telde 1023 pagina’s af en de papieren versie doet er nog een slordige 200 bij.

Johan Harstad, Max, Mischa & het Tet-offensief, 2015 (vertaald door Edith Koenders en Paula Stevens)

Nu ben ik in het geheel niet bang voor dikke boeken, ook niet als ze in teamverband komen. Al moet ik zeggen dat ik na elk deel van Prousts Op zoek naar de verloren tijd steeds een lange leespauze inlaste op weg naar het volgende deel (en ik ben nog niet klaar).

Ik heb wel een hekel aan dikke boeken die voornamelijk dik zijn om dik te doen. Zodat je halverwege soms denkt: cut the crap, ik wil door!

Max, Mischa & het Tet-offensief bleek gelukkig niet van die categorie, al zou een handige redacteur ongetwijfeld wel wat hebben kunnen snoeien. Maar het stoorde mij niet, die langzaam meanderende vertelling.

Hoofdpersoon van het boek is Max, die halverwege de jaren ’90 als dertienjarige met zijn ouders van Noorwegen naar New York verhuist. Amerika, dat is het land waar Max’ favoriete film Apocalypse Now vandaan komt, maar daarmee is wat Max betreft al het positieve wel zo’n beetje gezegd. Totdat hij Mordecai ontmoet, een leeftijdgenoot die ook verslingerd is aan de film van Francis Ford Coppola. Ze trekken vanaf dat moment samen op, en raken aldus verzeild in het toneelgezelschap van hun high school, wat hun verdere carrière zal bepalen. En het is Mordecai die Max, inmiddels zeventien jaar oud, voorstelt aan Mischa. Zij is kunstschilder en zeven jaar ouder dan Max, zodat ze al een leven op hem voorloopt. Ondanks het leeftijdsverschil is het wederzijdse liefde op het eerste gezicht.

Hoe zit dat met het Tet-offensief, zul je je afvragen? Dat speelde zich toch af in 1968, lang voor de geboorte van Max? Klopt, maar de Vietnam-oorlog loopt als een bloedrode draad door het verhaal van Max. Zo is daar zijn oom Ove, die al in de jaren ’60 Noorwegen verruilde voor de VS, en van daar als vrijwilliger afreisde naar Vietnam om nog net het dramatische einde van de oorlog mee te pikken. Een actie die de goed-linkse en idealistische ouders van Max nooit hebben kunnen plaatsen, zodat Ove al snel letterlijk en figuurlijk uit beeld verdween.

En nu duikt Ove onverwacht weer op. Hij heeft hij zijn naam veramerikaniseerd tot Owen en blijkt een verdienstelijk sessiemuzikant te zijn geworden, hoewel hij nooit de status van jazz-legende heeft bereikt die hem voor ogen stond toen hij naar Amerika vertrok. Zijn bijdrage aan de oorlog in Vietnam was niet gebaseerd op ideologie, het was pure economische noodzaak: vrijwillig een tour of duty doen leverde het Amerikaanse staatsburgerschap op, en daarmee een toegangsbewijs tot de samenleving.

Inmiddels bewoont Owen in zijn eentje een gigantisch appartement in hartje New York, en Max en Mischa maken dankbaar gebruik van zijn aanbod om bij hem in te trekken. Max timmert aan de weg als regisseur van onbegrijpelijk trage en complexe toneelstukken die hoog geprezen worden en zelden langer dan een week of twee opgevoerd worden bij gebrek aan recette. Mischa heeft zich gespecialiseerd in enorme hyperrealistische schilderijen van, bijvoorbeeld, wasmachines. De New Yorkse kunstenaarswereld is hun habitat. Daar ontmoeten ze bijvoorbeeld de schilder Gabe, die zich toelegt op doeken in het allerdiepste zwart dat hij maar kan vinden. Gabe heeft eigenlijk wel genoeg van het kunstenaarsbestaan, maar ziet zich door zijn ongekende populariteit gedwongen almaar door te gaan.

Zo kabbelt het leven van Max en Mischa en Owen en Mordecai en al die anderen door.

Ik kan niet zeggen dat ik het in één adem heb uitgelezen, daar zijn die 1023 bladzijden toch echt te veel voor. Maar het was een boek dat alsmaar aan me bleef trekken.

Joseph Conrad, Heart of Darkness, 1899

Toen ik het uit had, heb ik Heart of Darkness van Joseph Conrad weer eens opengeslagen, de novelle waar Apocalypse Now op is gebaseerd. Anders dan Max, Mischa geen eenvoudig boek om te lezen, maar het heeft een belangrijk voordeel: het is kort, ongeveer 100 pagina’s.

Heart of Darkness is een sterk gecondenseerde vertelling. Er staat geen woord te veel in. Apocalypse Now is een buitengewoon intense film, die mij, net als Max, volkomen van mijn voeten veegde toen ik hem voor het eerst zag. Er bestaan meerdere versies van, en toen ik voor het eerst de Redux-versie zag, die een uur langer is dan de oorspronkelijke bioscoopversie, had ik dezelfde ervaring als Max toen hij die versie voor het eerst zag: de extra scènes dragen alleen maar bij aan de intensiteit.

Max, Mischa & het Tet-offensief daarentegen lijkt zelf een kabbelend beekje, in vergelijking met de duistere en kolkende rivieren van Conrad en Coppola. Maar is dat ten slotte niet wat het leven overwegend is?

Owen droomt van kolkende optredens in legendarische jazzclubs, maar zijn werkelijkheid bestaat uit nu en dan solo-spel in een afgesloten opnamestudio. In de stukken van Max zou je een symbolische verbeelding kunnen zien van dat kabbelende en toch complexe leven, de hyperrealistische stijl van Mischa’s werk weerspiegelt de gedetailleerde weergave van hun leven samen. Alles onder begeleiding van Owens pianospel, dat altijd degelijk is maar ook altijd op weg naar een emotie die net niet bereikt lijkt te worden. En toch is het een emotievol boek.

Toen ik het einde had bereikt, herkende ik in Max ineens kapitein Willard in Apocalypse Now: hij is alleen, bijna iedereen om hem heen is dood. Hij is ternauwernood ontsnapt aan een apocalyptische ramp, het water staat hem letterlijk aan de lippen. We zullen als lezer echter niet weten hoe het afloopt met Max, zoals de kijker van Apocalypse Now niet weet of Willard ooit nog thuiskomt. We zien alleen in beider ogen iets weerspiegeld dat zou kunnen duiden op licht aan het einde van de tunnel. Vreemd genoeg eindigt Heart of Darkness in die zin nog het meest positief: daar weten we dat verteller Marlow zijn hellevaart heeft overleefd.

Heart of Darkness zal ik vast nóg wel eens lezen en Apocalypse Now zal ik zeker nog eens zien, maar de kans is heel klein dat dat met Max, Mischa & het Tet-offensief zal gebeuren — alleen vanwege die enorme dikte. En eigenlijk vind ik dat een beetje jammer. Want het boek verdient meer.