Tweemaal waar

Ik schrok tweemaal wakker.

Eerst was er een knal,
een paar minuten later passeerde een sirene.

De eerste keer was het een harde knal
en een harde sirene.
De tweede keer was verder weg en zachter.

Tweemaal schrok er elders ook iemand wakker,
keek naar buiten,
belde het alarmnummer.
Of misschien was die persoon al wakker,
lag hij of zij te wachten op iets dat komen kon,
was de schrik minder groot.

Was het ernstig?
Was het minder ernstig als die persoon al wakker lag,
omdat die persoon al wakker lag?

Ik zag er tweemaal niets over terug in de nieuwsberichten.
Tweemaal stond er ook niet dat ik wakker was geschrokken
en toch was het zo.

Soms

Soms is het getik van
regen op de boombladeren
hetzelfde als het getik
van de bladeren op elkaar.

Soms klinken auto’s die
op nat asfalt rijden
hetzelfde als auto’s
die op droog asfalt rijden.

Soms maakt het
niet uit of het regent
of niet.

Gemis

Ik kom al een tijd niet meer in de stad.

Ik mis de mensen niet,
schouder aan schouder op de gracht.

Des te meer mis ik sinds afgelopen zomer
de Literaire Boekhandel aan de Lijnmarkt.

Ik mis de boeken rug aan rug
en veel meer nog de mensen,
hun schouders onder de winkel.

Een andere boekhandel is als een nieuwe relatie.

Je moet aan elkaar wennen, dat kost tijd:
wennen aan elkaars schouders, elkaars rug.

Ik kom al een tijd niet meer in de stad.

Birnam

Het bos rukt op. Gelukkig
is dit niet het bos van Birnam,
zie ik geen dolken voor mij,
en maak ik me niet veel zorgen
over morgen morgen en morgen…
Wat zou ik graag weer eens
wat Shakespeare zien of doen.

Mijn bos. Geen Shakespeare…

Ontkrassing

Iedere ochtend na het ontbijt
lees ik een gedicht
of twee of drie.

Vaak lees ik een gedicht
twee keer
of drie.

Soms begrijp ik er niets van
soms lach ik
soms juist niet.

Soms zie ik iets anders
staan dan
de woorden die er staan.

Dat gedicht krijgt
in de index
een streepje voor.

Ieder streepje is een
krasje minder
op de ziel.